Renko Sipkes (ps. van Eppo Scheltens) (1919 Meedhuizen – 2006) was typograaf. Hij schreef proza en poëzie. Veel heeft hij niet gepubliceerd, zijn werk verscheen in het o.a. Maandblad Groningen en in ’t Swieniegeltje. Van hem verscheen in 1956 de gedichtencyclus De verloren zeun (Ploeger en Zn., Appingedam).
Jan Boer schrijft in zijn rubriek ‘Onner aigen volk’ in het Nieuwsblad van het Noorden: ‘Zunder dat hai ’t er dik boven oplegt, dicht Renko Sipkes oet bewogen gemoud, dat begoan is mit ’t löt van zien medemensen en dat ien ’t haile netuurgebeuren nog Gods haand zigt. (…) Scheltens is ien zien gedichten n levensbeschouwer. (…) Zien dichtkunst is deurleefd en doarom juust zo zuver menselek.’ Boer noemt de De verloren zeun: ‘ain van zien beste waarkstukken’. Ook P.J. van Leeuwen is in Geschiedenis van de Groninger Literatuur lovend en noemt de cyclus: ‘van goed gehalte’.
De poëzie van Sipkes is van een schijnbare eenvoud. Schijnbaar, want de woorden zijn met grote precisie gekozen. De dichter laat zich in zijn gedichten kennen als een man die goed observeert, die uit het gewone en het alledaagse iets markants isoleert. In de scenes die hij beschrijft zit een trefzekere opbouw, nauwkeurig ‘gezet’, zou je ook kunnen zeggen, om de link naar zijn werk als typograaf te maken. [JG]
Zelfstandige publicaties
1956 De verloren zeun (Ploeger en Zn.)
Bijdragen aan publicaties
1990 Liesterkralen (Stichting t Grunneger Bouk)
2006 De honderd mooiste Groningse gedichten (Uitgeverij kleine Uil)
2015 Dast doe dat ik (Huis van de Groninger Cultuur)
Het gedicht ‘Boer’.
Lit: P.J. van Leeuwen, Geschiedenis van de Groninger Literatuur (Actief, 1984). Nieuwsblad van het Noorden 7-5-1971.