Fre Brouwer (Meeden 1921- Smilde 1994) was timmermanszoon, hij doorliep de hts en werkte o.a. als gemeentearchitect van Baflo, Usquert en Warffum. Later was hij directeur van de Gemeentewerken in Smilde. Toen hij op z’n 62e stopte met werken kreeg hij tijd voor het schrijven van poëzie, meest sonnettten en kwatrijnen. Zijn werk werd gepubliceerd in Toal en Taiken. De sonnetten zijn in 1994 postuum uitgegeven in de bundel ‘Wat blift’. Over deze verzamelbundel schreef Harm Schepers in Boukwaiten Bloaden, een suppelment van het tijdschrift Krödde: ‘Hai riemt makkelk, asmis wat te makkelk en nait aaltied zunder riemdwang. (…) Zien gevuil veur ritme is mooi, al het er n inkelde moal eerder teld as luusterd. Zien beelden binnen mainst olderwets poëtisch, ok wel aaldoags; zien toon is òf en tou wat sentimenteel. (…) goud tougankelke gedichten van n man dij op zien menaaier mit kwaliteit wat te zeggen het veur n braid pebliek. Dat blift.’ [JG]
1994 Wat blift (Stichting ’t Grunneger Bouk)
Lit: H. Diemer en J. Loer, Twee eeuwen Gronings, n golden toal (In Boekvorm 2005). Nieuwe Groninger Encyclopedie(Regio-Projekt Uitgevers 1999).